De huizenprijzen zijn in mei nauwelijks gedaald ten opzichte van een maand eerder, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Op jaarbasis was de daling echter groter dan in april. Dat is te verklaren omdat de prijzen voor koopwoningen in de eerste helft van vorig jaar nog sterk stegen. Ten opzichte van april daalden de huizenprijzen met 0,1 procent. De gemiddelde koopwoning die in mei werd verkocht, kostte 403.913 euro. Met uitzondering van afgelopen januari dalen de huizenprijzen al sinds augustus elke maand.
In vergelijking met mei vorig jaar daalden de prijzen met 5,6 procent. Maar huizen zijn nog altijd 87 procent meer waard dan de dip op de woningmarkt die in juni 2013 werd bereikt. Eerder deze week zei De Nederlandsche Bank (DNB) nog te verwachten dat de huizenprijzen dit jaar en volgend jaar nog blijven dalen. Daarmee gaat er in totaal zo’n 10 procent van de prijs af ten opzichte van 2022. Maar in 2025 gaan koopwoningen naar verwachting weer meer kosten.